Inkomen genereren
Om financieel vrij te zijn moet je een regelmatig terugkerend passief inkomen genereren, je moet namelijk al je huidige kosten uit dit inkomen gaan betalen. Tot nu toe heb je een vermogen opgebouwd, maar dit vermogen bestaat waarschijnlijk uit verschillende effecten zoals aandelen, obligaties en ETF’s et cetera. Het is heel goed mogelijk dat uit dit vermogen niet voldoende inkomen voortkomt. Je hebt als persoon echter een terugkerend inkomen NODIG om te kunnen leven.
Automatisch inkomen genereren
Naarmate je het doelvermogen voor financiële vrijheid nadert, is het langzaam tijd om automatisch een inkomen te gaan genereren en een inkomensmachine te bouwen. Een inkomensmachine is een combinatie van financiële instrumenten die voor jou inkomsten gaan genereren. Hoe doe je dit? Je zult eerst moeten weten hoeveel inkomen je nodig hebt om je kosten te betalen. Hiervoor moet je naar je kostentotaal kijken dat je hebt vastgesteld tijdens het bepalen van je financiële status. Als je dit kostentotaal hebt weet je ook wat de inkomsten dienen te zijn die uit jouw vermogen moet voortkomen.
Inkomstenbronnen en spreiding
Inkomsten via beleggingen kunnen voortkomen uit:
- Rente uit obligaties
- Dividenden uit aandelen of ETF’s
- Koerswaardestijging van aandelen of ETF’s
Om een inkomensportefeuille te maken kun je dus gebruik maken van de bovengenoemde inkomstenbronnen. Wat betreft risico’s bij deze inkomstenbronnen kunnen we het volgende zeggen. De uitkering van rentes zijn zekerder dan die van dividenden. En zowel rentes als dividenden zijn weer zekerder dan koersstijgingen.
Echter ook met rentes en dividenden kunnen dingen gebeuren die je niet had verwacht. Rentebetalingen en dividenden kunnen om een of andere reden tijdelijk gestopt worden. Dat kan betekenen dat jij tijdelijk geen inkomsten op je kapitaal meer hebt!
Het is daarom zeer verstandig om ook bij een inkomensportefeuille aan spreiding te doen. Zorg dat elke individuele inkomstenbron niet meer dan 5% van je totale inkomstenbron omvat. Indien er iets gebeurd met één individuele inkomstenbron dan valt er hoogstens 5% van je totale inkomsten weg. Deze 5% zal een niet al te grote invloed op je financiële leven hebben.
Vastrentende waarden
Om fondsen met vastrentende waarden (rentes) te kunnen vergelijken moeten beleggers kijken naar drie variabelen:
- De hoeveelheid inkomen die het fonds produceert
- De stabiliteit van het instrument
- De kwaliteit van de portefeuille
De hoeveelheid inkomen wordt gemeten door de huidige opbrengst te bepalen. Stel een obligatie heeft een couponrente van 6% op een waarde van 1000 euro. Dit levert een jaarlijkse opbrengst van 60 euro. Als iemand echter de obligatie voor 900 euro heeft kunnen aankopen is zijn huidige opbrengst 60/900 = 6,7%. Dus niet alleen de couponrente is bepalend ook de prijs waarvoor je de obligatie hebt aangekocht bepaald je inkomen.
Bij een obligatie aangekocht voor 1000 euro en met een rente van 6% is je inkomen bekend. Namelijk 60 euro op jaarbasis. Heb je voor 100.000 euro aangekocht dan krijg 6000 euro op jaarbasis. Heb je voor 200.000 euro de obligatie aangekocht dan krijg je een inkomen van 12.000 euro op jaarbasis. Het inkomen is dus een directe afgeleide van je hoofdsom.
Een ETF of dividendaandeel keert zijn dividenden echter uit op basis van het AANTAL aandelen dat je in je portefeuille bezit en niet de grootte van je hoofdsom. Een dividend wordt namelijk per aandeel uitgekeerd. Dus hoe meer aandelen je hebt in je portefeuille, des te meer dividend zal aan jou worden uitgekeerd. Het zijn het aantal aandelen dat jouw inkomensstroom bepaalt. De waarde van het aandeel heeft GEEN invloed op jouw inkomstenstroom. Wil je dus een grotere inkomstenstroom uit het fonds dan zul je meer aandelen van dat fonds moeten aankopen.
De stabiliteit van de waarde van een obligatie is afhankelijk van de marktrente. De obligatiewaarde stijgt als de marktrente daalt en daalt als de marktrente stijgt. Daarom is de marktrente erg belangrijk voor beleggers, de marktrente heeft invloed op verschillende financiële instrumenten, waaronder obligaties.
De kwaliteit van de portefeuille is afhankelijk van de gemiddelde duur van de obligaties. Hoe langer de duur van de obligaties des te gevoeliger de portefeuille is voor marktrente wijzigingen. Hogere rentes in een fonds betekent ook vaak een hoger risico en dat betekent weer meer beweging van het fonds.